-
" En hetzij dat een lid lijdt,
zo lijden al de leden mede
" 1 Korinthe 12 vers 26
We rijden allemaal langs verpleegtehuizen – de ‘Bethesda’s’ van onze tijd. Maar zolang we buiten de muren blijven, hebben we géén idee van wat zich binnen afspeelt.
Door ds. G.J. Noordermeer, geestelijk verzorger bij Lelie zorggroep
„Wat betekent dit nu voor u ...?”
Tegenover me zit een mevrouw. Haar functie: mantelzorger – een 'baan’ waar je meestal niet op solliciteert, maar waar je als vanzelf in rolt. We kwamen elkaar tegen bij de woongroep waar haar man verblijft. Vrijwel dagelijks gaat ze bij hem op bezoek. Als ze een keer niet zelf kan komen, vraagt ze iemand anders om in haar plaats te gaan.
We hebben elkaar al vaker gesproken, mevrouw en ik. Meestal beperken onze gesprekken zich tot een algemeen praatje, maar soms laat ze me even in haar hart kijken. Door een klein detail, een bepaalde blik in haar ogen of een manier van uiten, hoe kort ook, leren we elkaar beter kennen.
Nu zitten we tegenover elkaar. Voordat ze weer naar huis vertrok, vroeg ik haar of ze zin had in een kop koffie. Aan gespreksstof is er geen gebrek: er valt genoeg te vertellen over de zorg rondom haar man. Maar als ik haar vraag wat de opname van haar man en de zorg voor hem voor mevrouw zelf betekent, valt er een stilte. Mevrouw krijgt tranen in haar ogen. Het duurt even tot ze haar emoties onder controle heeft. Dan zegt ze: „Ik wist niet dat het zo zwaar zou zijn.”
De situatie van deze mevrouw is er een uit vele. Als geestelijk verzorger in de ouderenzorg zie ik regelmatig hoe echtparen soms na een lang huwelijk van elkaar worden gescheiden. Meestal ging aan die scheiding een intensieve periode vooraf – wat begon met een ‘niet-pluisgevoel’ groeide uit tot een onhoudbare situatie. „Het ging echt niet meer” is een veelgehoorde verzuchting. Van het sprookjesachtige ‘en ze leefden nog lang en gelukkig’ is vaak geen sprake.
De laatste levensfase valt veel ouderen zwaar. Dat is te begrijpen: zolang we gezond zijn, kunnen we maar moeilijk peilen wat een ziekte met je doet. Natuurlijk kunnen we ons een beeld vormen van een bepaalde levenssituatie, maar de persoonlijke ervaring kan zo heel anders dan we ons ooit hadden voorgesteld.
Zo vergaat het ook deze mevrouw. Samen met haar man heeft ze veel beleefd. Ze hadden een eigen schip en doorstonden de nodige stormen, maar hun huwelijk was goed. Deze nieuwe levensfase brengt echter nieuwe moeilijkheden.
Tijdens ons gesprek proberen we samen te ontdekken wát de mantelzorg zo zwaar maakt voor mevrouw. Het antwoord is treffend: niet het gebrek aan levenservaring raakt haar, maar het bewustzijn dat ziekte ook jezelf kan treffen.
Die constatering vormt een spiegel voor mezelf. Bij ziekte, lijden en tegenslagen gaat het meestal over ‘de ander’. Gedachten dat ik er ook mee te maken kan krijgen, duw ik het liefst weg. Ik maak mijn toekomstplannen met maar minimaal besef dat ik ook ziek kan worden: ik verwacht min of meer dat de plannen die ik maak zullen uitkomen.
Nu past het bij onze verlangens om te genieten van alles in het leven – voor zover dat past binnen de wil van de Heere. Toen God de mens schiep, bedacht Hij ook een eeuwig leven waarin de dood niet aanwezig was. Maar door onze ongehoorzaamheid in Adam en Eva is de dood in het leven gekomen. Daarom moeten we sterven. Daarom is het leven vergankelijk. De Bijbel houdt ons deze werkelijkheid weliswaar voor, maar ook dan valt de praktijk veel ouderen zwaar. Niet meer kunnen doen wat je wilt als gevolg van lichamelijke en geestelijke beperkingen; door anderen geholpen moeten worden: oud willen worden is niet hetzelfde als oud zijn.
„Ik wist niet dat het zo zwaar zou zijn.”
Ik blijf nog lang over deze verzuchting nadenken. Deze mevrouw had zoveel levenservaring, maar deze moeilijke weg zag ze niet aankomen. Hoe kan dat?
Mijn gedachten gaan naar Bethesda, een plaats waar veel ongeneeslijk zieken zich hebben verzameld. Aan voorbijgangers bij dit ziekenoord is geen gebrek geweest: velen kwamen erlangs als ze via de Schaapspoort naar de tempel gingen. Wie van al die voorbijgangers zal zich bewust zijn geweest van de tragiek die zich binnen die muren afspeelde? Wie van al die voorbijgangers zal zich hebben gerealiseerd dat ziekte, kruis en lijden ook hem of haar zelf kunnen treffen?
Om maar wat dichter bij huis te blijven: in hoeverre zijn wij ons bewust van de ‘velerhande tegenspoed en kruis’ waarover het huwelijksformulier spreekt?
‘Ouderdom komt met gebreken’ luidt het gezegde. Die uitdrukking wordt ten diepste alleen begrepen door de persoon die het betreft. Niemand kan vertellen hoe het is om oud te zijn dan alleen de oudere zelf. Toch moeten we ons voorbereiden op de afbraak van ons aardse huis. Mijn gesprekspartner was al vele verzorgings- en verpleeghuizen voorbijgereden, maar er nog nooit binnen geweest.
Hoe anders heeft de Heere Jezus gedaan én ons voorgedaan: Hij ging juist wel naar binnen en zag wat er in Bethesda afspeelde. Daarom een hartelijke uitnodiging aan u en jou om eens een Bethesda te bezoeken.
Dit artikel verscheen in 'Zicht op de kerk' van 22 mei 2025. Foto: Danie Franco via Unsplash